Kruipen
Vanaf ongeveer een halfjaar worden kinderen wat mobieler. Veel baby’s beginnen uit zichzelf met kruipen, maar er zijn ook baby’s die de kruipfase overslaan.
Kruipbewegingen
Baby’s die op hun buik liggen, gaan vaak eerst achteruit en later pas vooruit. Ze zetten zich eerst met hun handen af waardoor ze achteruit gaan. Daarna gaan ze meestal eerst tijgeren: vooruit bewegen met hun lijf tegen de grond. Weer even later merken ze dat het gemakkelijker gaat als ze hun billen en buik omhoog doen. Er zijn baby’s die niet kruipen maar ‘bilschuiven’. Dat wil zeggen dat ze zich voortbewegen op hun billen, waarbij ze zich afzetten met één been of allebei de benen.
Hoe kun je kruipen stimuleren?
Als je je baby regelmatig even op zijn buik legt, ontdekt hij het kruipen meestal vanzelf. Het is prettig wanneer hij de ruimte heeft om zich voort te bewegen. Ziet hij spannende dingen waar hij nog niet bij kan, dan wordt hij gestimuleerd om erheen te kruipen. Gaat je kind op handen en voeten staan, dan is dat ook een mooie oefening. Je kunt naast je baby gaan zitten en hem aansporen naar je toe te komen.
Met kruipen is er weer een nieuwe fase aangebroken: je baby gaat zelf op onderzoek uit. Dan is het belangrijk om stopcontacten op lage plekken te beveiligen.