De bevalling begint
Het is bijna zover, je gaat bevallen! Van tevoren heb je afgesproken wie de bevalling zal begeleiden. Dat kan de verloskundige zijn, maar ook je huisarts of de gynaecoloog. Het is goed om te weten welke signalen je lichaam geeft en wanneer je de verloskundige of het ziekenhuis belt.
Slijmprop
Tegen het einde van je zwangerschap kun je een slijmprop verliezen. Dat is dikke, slijmerige, vaginale afscheiding, soms gemengd met een beetje bloed. Als je die slijmprop verliest, is dat een teken dat het lichaam zich klaarmaakt voor de weeën. Soms duurt het dan nog een paar dagen voordat de bevalling begint, maar soms gaat het ook sneller. Voor het verlies van een slijmprop hoef je de arts of verloskundige niet te bellen.
Weeën
De bevalling begint meestal met weeën. Je voelt hoe de baarmoeder zich regelmatig samentrekt. Je voelt dat in je onderbuik en rug, en soms ook in je benen. Je mag, maar hoeft de verloskundige nog niet te bellen. Vaak duurt het nog een hele tijd voordat de vliezen breken en de bevalling echt begint.
Gebroken vliezen
Als je opeens helder gekleurde, of soms groenige vloeistof verliest, betekent dit dat de beschermende vruchtzak die om de baby heen zit is gescheurd. De vliezen zijn gebroken, tijd om de verloskundige in te lichten.
Overdag kun je gewoon aan de verloskundige doorgeven dat de vliezen gebroken zijn. Die komt dan langs in de loop van de dag. Als de vliezen ’s nachts breken, kun je de volgende ochtend bellen. Je moet dan wel weten dat het hoofdje is ingedaald en het vruchtwater moet er helder uitzien.
Bij twijfel altijd bellen
Tijdens de zwangerschap krijg je informatie van de verloskundige of gynaecoloog over hoe een bevalling meestal begint en wanneer je in ieder geval moet bellen. In geval van twijfel kun je altijd bellen om te overleggen. Als je je ongerust maakt, moet je altijd bellen. Bel het liefst zelf, dan krijgt de verloskundige inlichtingen uit de eerste hand.